Op 1 oktober is het Carbon Border Adjustment Mechanism (CBAM) in werking getreden. Dat is een nieuw instrument waarmee Europa koolstoflekkage wil tegengaan en een eerlijke prijs wil zetten op de koolstofuitstoot van bepaalde goederen die de Europese Unie binnenkomen. Het CBAM zal een rechtstreekse impact hebben op organisaties die werken met koolstofintensieve goederen en materialen, en onrechtstreeks de CO2-aanpak van andere bedrijven beïnvloeden. Wij vatten het belangrijkste nieuws voor je samen.
Het CBAM is een verordening waarmee de Europese Unie een CO2-prijs berekent op basis van de uitstoot van broeikasgassen die bij de productie van bepaalde goederen ontstaat. Het doel van het CBAM is tweeledig: Europa wil er zowel een gelijk speelveld tussen producenten mee creëren om oneerlijke concurrentie van bedrijven buiten de EU tegen te gaan, als koolstoflekkage mee voorkomen (zie kaderstuk).
Het CBAM zal in eerste instantie van toepassing zijn op de invoer van goederen uit sectoren waar de productie koolstofintensief is en het risico op koolstoflekkage groot: cement, ijzer en staal, aluminium, meststoffen, elektriciteit en waterstof. Na verloop van tijd kan de verordening worden uitgebreid naar andere sectoren.
Het CBAM wordt gefaseerd uitgerold, met een overgangsperiode – die is ingegaan op 1 oktober 2023 - waarin er alleen een rapporteringsverplichting geldt. In die periode wil Europa zelf ook nuttige informatie verzamelen om de methodologie voor de definitieve periode te verfijnen. Vanaf 1 januari 2026 moet aan de aangifte ook het juiste aantal CBAM-certificaten worden gekoppeld, die je kan verkrijgen door een koolstofprijs te betalen. Als je kan bewijzen dat je in het producerende land reeds een koolstofprijs hebt betaald, dan kan dit bedrag in mindering worden gebracht. De CBAM-certificaten kan je aanvragen bij de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu.
Het CBAM werkt op grotendeels dezelfde manier als het reeds bestaande EU-emissiehandelssysteem ETS (Emissions Trading System). Het CBAM vergroot de schaal nu, en verplicht bedrijven om ook een CO2-prijs te betalen voor uitstoot die is ontstaan bij de productie van specifieke goederen buiten de EU.
Het uitgangspunt van beide mechanismen is hetzelfde, al zijn er ook wezenlijke verschillen Bedrijven die onder het ETS en/of het CBAM vallen, mogen alleen CO2 uitstoten of invoeren waarvoor ze rechten hebben. Zo worden bedrijven ertoe aangespoord om minder uit te stoten, en een prijs te betalen voor wat ze toch blijven uitstoten.
Het CBAM zal zijn prijszetting voor koolstofuitstoot op een gelijkaardige manier organiseren als het ETS: de prijs van CBAM-certificaten zal worden berekend op basis van de wekelijkse gemiddelde veilingprijs van EU ETS-rechten, uitgedrukt in €/ton CO2. Zo wordt er een gelijkwaardige koolstofprijs betaald door binnenlandse en ingevoerde producten.
Bovendien werd er bij de recente herziening van het ETS-systeem een symmetrische fasering met het CBAM voorzien. In de herziene EU-ETS zullen de gratis uitstootrechten voor de sectoren die onder de CBAM vallen namelijk geleidelijk worden afgeschaft vanaf 2026.
De invoering van CBAM zal in eerste instantie een aanzienlijke impact hebben op importeurs: bij hen ligt de grootste administratieve verantwoordelijkheid. Ook alle spelers actief in de CBAM-sectoren, werken zich het best goed in de materie in.
Maar de impact zal breder gevoeld worden. Zo wordt verwacht dat de wereldwijde economie versneld zal omschakelen op hernieuwbare energie en koolstofarme producten en diensten. Een steeds hoger wordende prijs voor CO2 zet namelijk aan om op zoek te gaan naar energiebesparingen en koolstofarme alternatieven.
Zolang in veel niet-EU-landen een minder strikt klimaatbeleid heerst dan bij ons, bestaat het risico op koolstoflekkage (carbon leakage). Wat is koolstoflekkage precies en waarom is het een probleem? CO2-experts Liesbeth Voets en Liesel Boutsen lichten kort toe:
“Koolstoflekkage doet zich voor wanneer in de EU gevestigde bedrijven hun koolstofintensieve productie verplaatsen naar andere regio’s, of wanneer de invoer uit die regio’s in de plaats komt van binnen de Unie geproduceerde producten.”
“Koolstoflekkage houdt enerzijds een milieunadeel in. Het ondermijnt de Europese milieumaatregelen: de productiemethoden binnen Europa staan vaak al verder dan in andere regio’s. Geïmporteerde producten hebben daardoor een hogere CO2-uitstoot, zelfs los van het transport dat nodig is richting Europa.”
“Anderzijds zijn er ook economisch negatieve gevolgen verbonden aan koolstoflekkage. De verplaatsing van onze productie naar het buitenland kan leiden tot banenverlies en een verlaagd concurrentievermogen in de betrokken sectoren. Europa zelf loopt er ook inkomsten door mis. De prijscorrectie van het CBAM maakt dus dat de EU-producenten niet langer nadelen zullen ondervinden tegenover importproducten uit landen waar minder strenge klimaatnormen gelden.”
“ETS had een systeem om koolstoflekkage aan te pakken. Bepaalde sectoren kregen een speciale behandeling en dus een extra hoog aantal gratis emissierechten. CBAM vervangt dit systeem nu.”
Een goed zicht krijgen op de CO2-uitstoot die vervat zit in geïmporteerde goederen en je mogelijk toekomstige verplichtingen voor het CBAM, is geen sinecure. Schakel Pantarein in om je hierbij te helpen. Neem contact op via mail@pantarein.be.